GrandeLib is jouw betrouwbare Engels-Nederlandse online vertaler en biedt geavanceerde vertaalmogelijkheden tussen meer dan 100 talen en duizenden taalparen. De gebruiksvriendelijke interface met twee vensters maakt het vertalen van teksten eenvoudig, inclusief vertaling binnen HTML-contexten voor ontwikkelaars en webspecialisten.
Engels en Nederlands behoren beide tot de West-Germaanse taalfamilie, waardoor zij enkele overeenkomsten vertonen qua grammatica en woordenschat. Toch zijn er ook essentiële verschillen:
Bij het vertalen is het essentieel rekening te houden met context en nuances om natuurlijke, vloeiende zinnen te creëren.
Of je nu een tekst wilt vertalen, kennis wilt testen of de nuances tussen het Engels en Nederlands wilt begrijpen, GrandeLib biedt alle hulpmiddelen voor optimale taalkundige vooruitgang.
| I hope Tom will be very happy. | Ik hoop dat Tom heel gelukkig zal zijn. |
| I go to the well for water. | Ik ga naar de bron voor water. |
| They entered the jungle. | Ze gingen de jungle in. |
| Have you ever been married? | Ben je ooit getrouwd geweest? |
| Would you like to dance with me? | Wil je met me dansen? |
| What brought you here? | Wat bracht je hier? |
| This book is written in French. | Dit boek is in het Frans geschreven. |
| Have you been here since then? | Ben je hier sindsdien geweest? |
| Should I do it right now? | Moet ik het nu meteen doen? |
| That bridge is made of stone. | Die brug is van steen. |
| What a wonderful invention! | Wat een prachtige uitvinding! |
| My hens laid fewer eggs last year. | Mijn kippen hebben vorig jaar minder eieren gelegd. |
| If you smile, I will be happy. | Als je lacht, ben ik blij. |
| The American troops held out. | De Amerikaanse troepen hielden stand. |
| Does she like oranges? | Houdt ze van sinaasappels? |
| The Danube is a river in Europe. | De Donau is een rivier in Europa. |
| There is always something to do. | Er is altijd iets te doen. |
| I just wanted to be helpful. | Ik wilde gewoon behulpzaam zijn. |
| Make yourself at home. | Doe alsof je thuis bent. |
| I really need to talk to you. | Ik moet echt met je praten. |
| Tell me your name. | Vertel me je naam. |
| Stay away from him! | Blijf weg van hem! |
| Do you know what that means? | Weet jij wat dat betekend? |
| When did life begin? | Wanneer begon het leven? |
| She testified against him. | Ze getuigde tegen hem. |
| Everyone wants a long life. | Iedereen wil een lang leven. |
| I thought about going to Armenia. | Ik dacht erover om naar Armenië te gaan. |
| I do not know what it means. | Ik weet niet wat het betekend. |
| Yesterday I bought a red T-shirt. | Gisteren kocht ik een rood T-shirt. |
| This house needs painting. | Dit huis moet geschilderd worden. |